14 januari 2012

Portugal Algarve 1

Vanuit Mertola zijn we vertrokken en hebben onderweg water getankt in Alcoutim, de eerste keer in Portugal. Het was er zeer proper en voor de verandering zat er ne keer druk op het water, zie. Vanaf Alcoutim zijn we over rustige wegen zo’n goeie 30 km westwaarts in de Algarve gereden en een paar km voorbij Martim Longo reden we een aardeweg op en bovenop een heuvel namen we plaats op een grasveld.
Staanplaats nabij Martim Longo, en waar is Erwin mee bezig.....juist!

 In de omgeving hebben we een aardig stukje gefietst in de heuvels van de streek. De eerste morgen stelden we vast dat er geen dauw was. Normaal gezien is de camion kletsnat ’s morgens, maar dit was de eerste keer dat er geen dauw was. Dit betekent dat als je de was ’s avonds uithangt, dat ze ’s morgens droog is ipv kletsnat van de dauw. Ter info : Lieve wast dagelijks enkele stukken. Eigenlijk wisselen we voortdurend dezelfde kleren om : als de ene vuil zijn, zijn de andere ondertussen droog, met als resultaat dat onze voorraad kleren meer dan groot genoeg is. Wat ikzelf heel gemakkelijk vind, is het feit dat als je broek vuil genoeg is, je deze daar ’s avonds gewoon kan zetten en er ’s morgens weer kan instappen, héél gemakkelijk, maar Lieve moet daar niks van wetenJJ. Wasserijen zoals bij ons zijn hier niet te vinden in de dorpen of stadjes, in Spanje ook niet trouwens, in de grote steden misschien wel. Wat hier in Portugal wel in zowat elk dorp bestaat is een ruimte, blauwwit geschilderd waar iedereen zijn was kan gaan doen. Er zijn wasbakken voorzien met een gekartelde schuine kant, waar de was kan op geschrobd worden zoals vroeger, helaas zijn deze dingen heel laag gemaakt. De Portugese vrouwen zijn inderdaad opvallend klein, met als resultaat dat iemand die groter is, geradbraakt is na het wassen.

Na drie nachten zijn we vertrokken richting zuidkust en zijn gereden tot in Tavira. We hadden wel verwacht dat het verkeer zou toenemen aan de kust, en niet dat het er superdruk was zoals ’s zomers aan de kusten, maar we beslisten nogal gauw om enkele km landinwaarts te rijden en in de bergen een plaatsje te zoeken. Zo belandden we in de omgeving van het dorpje Morenos en vonden via aardewegen een plaats tussen de bomen. We zaten in vogelvlucht zo’n 10 km landinwaarts, maar doordat we zo hoog zaten, zagen we Tavira liggen aan de oceaan. Een gratis kamer met zeezicht. Van daaruit konden we met de fiets naar Tavira, en het centrum bleek wel mee te vallen, niet te druk, maar aan de kust had je veel “zoutpannes”, plaatsen waar zout gewonnen wordt, meer valt daar echter niet te zien. Even verder lag Santa Luzia, waar je wel op een terrasje aan het water kon zitten. Hier zagen we ook veel vette Duitsers, zonder punthelm weliswaar.
Santa Luzia

 Een andere keer zijn we met de fiets naar Olhao gereden, en onderweg passeerden we een cooperative waar de boeren hun olijven aan het afleveren waren. We stopten en stonden zo een tijdje te kijken hoe elk op zijn beurt zijn olijven kwam lossen. Eén van de boeren kwam bij ons en deed teken dat we gerust even binnen mochten om de rest te bekijken. Wij dus mee binnen en hij toonde ons het hele proces, van het lossen van de olijven tot de olijfolie die uit de machines kwam gelopen. Mooi om eens te zien.

Olhao bleek een stad die toch wel een heel stuk groter is dan Tavira, maar met dezelfde gezellige drukte als in Gent, nu alijk, ’s zomers zal dat wel weer anders zijn. Er zijn ook veel kades met vissersbootjes en privébootjes, want voor de kust liggen eilanden die ook bewoond zijn. Op het eiland Armona hebben Didier en Ilse Callens uit Deerlijk hun restaurant, maar dat is maar open tot eind september. Zelf wonen ze in Olhao en aangezien we hun kaartje hadden zitten, besloten we om eventueel eens langs te rijden en gedag te zeggen. Dus gingen we in de toeristische info vragen waar we moesten zijn. Op het kaartje stond Apartado en dan een nummer, maar “apartado” bleek postbus te betekenen, daar waren we dus vet mee. Hun telefoonnr stond er ook op, maar we kennen ze nu ook niet goed genoeg om te bellen en “onszelf uit te nodigen”. Nu, het kon evengoed zijn dat ze met de feestdagen in zicht bij hun familie in Vlaanderen waren, wie weet. In Olhao heb je ook overdekte markten aan de haven : één gedeelte bestaat uitsluitend uit vismarkt, maar aangezien het middag was, was de meeste vis al gaan vliegen. In het tweede gedeelte hebben we groenten en vlees gekocht. Opnieuw bleek onze entrecote heel lekker te zijn, zonder dat het water er uitzeikt zoals bij ons. Het moet zijn dat al die regen in Vlaanderen dwars door het vel van de beesten dringt en in het vlees blijft zittenJJ. Als je hier (en in Spanje ook trouwens) 500gr vlees koopt, dan heb je 500gr vlees en niet 400gr vlees en 100gr water, en ’t is dan nog veel goedkoper ookJ… De enigen die we gezien hebben toen we op onze staanplaats nabij Morenos stonden, waren enkele jagers in het weekend, die van verre eens zwaaiden. Lieve haastte zich om haar playboy-bunny pakje uit te trekken, oef, that was close! Levensgevaarlijk! Sindsdien houdt ze rekening met de dagen dat er mag gejaagd worden : de donderdagen en in het weekend.
Vanuit Morenos zijn we op 20/12 vertrokken en tussen Benafim en Alte zijn we een aardeweg ingeslagen en dan nog een zijweg met veel keien, die echter behoorlijk smal was. Met de camion moesten we de struiken en takken een beetje laten wijkenJ. De lak van de opbouw van de camion is ondertussen behoorlijk “in schreven”, maar hij is er om te gebruiken, nietwaar. We konden ons op een plaats placeren waar we goed wegstonden. De omgeving deed heel erg aan het noorden van Engeland denken : heuvelachtig en behoorlijk groen met stukken grond omgeven door stenen muurtjes. Net zoals in Engeland hebben ze hier indertijd blijkbaar de keien waarmee de grond bezaaid was, gebruikt om stenen muurtjes te bouwen. Via een binnenwegje tussen de stenen muurtjes konden we naar Alte. Alte bleek een gekend toeristisch dorpje te zijn, wisten wij veel, ’t was weer puur toeval geweest dat we daar terecht waren gekomen. Er waren een aantal cafeetjes en restaurantjes waar we ook een paar keer hun befaamde pasteis de nata gegeten hebben, gebakjes opgevuld met wat de Engelsen custard noemen. In Alte was er ook een Wifi-area waar je gratis op internet kon, maar alleen wanneer je veel geluk en geduld had, kon je op internet… Daar we met kerstmis in zicht graag  geprobeerd hadden om voor het eerst eens met onze familie te skypen, besloten we om op 24/12 te vertrekken naar Silves, we wisten dat dit een grotere stad was waar er een Wifi-area is die wel naar behoren werkt. Aan de rand van deze stad zijn er enkele hele grote parkings waar motorhomes mogen staan.
Volgende keer : Algarve 2
Fietstochtje rond Cachopo

Kerstmannen in Tavira

Haven in Olhao












1 opmerking:

  1. Hoi
    Weer met veel interesse jullie verslag gelezen.
    (t' Is of we erbij zijn) Vele groetjes en nog een gelukkig en gezond 2012
    Liliane

    BeantwoordenVerwijderen